Inkomen bijzondere bijstand en inkomensondersteunende maatregelen (M)
Algemeen
Het netto inkomen boven 110% van de toepasselijke bijstandsnorm wordt als draagkracht aangemerkt. (Voor bewindvoeringskosten geldt een afwijkend percentage van 100% en voor medische kosten een afwijkend percentage van 120%!) Als inkomen wordt beschouwd het inkomen dat meetelt voor de algemene bijstand met de volgende uitzonderingen:
- het inkomen waarop beslag is gelegd telt niet mee! Dat is namelijk geen inkomen waarover men 'redelijkerwijs kan beschikken' en blijft dus buiten beschouwing bij de bepaling van de draagkracht. Omdat de beslagvrije voet lager is dan de bijstandsnorm zal dit meestal betekenen dat er geen draagkracht is.
- het inkomen dat in het kader van een schuldregeling (Wsnp of minnelijk) afgedragen wordt aan schuldeisers telt niet mee! Dat inkomen geldt dus niet als draagkracht. Slechts het inkomen waarover men daadwerkelijk de beschikking heeft, wordt aangemerkt als draagkracht. Omdat men meestal slechts de beschikking houdt over een inkomen dat lager is dan de bijstandsnorm, betekent dit dat er dan geen draagkracht is.
Bij het bepalen van het inkomen kan daarnaast van het inkomen worden afgetrokken:
- bij een huurwoning: de rekenhuur (kale huur plus bepaalde servicekosten) na aftrek van de laagste normhuur (een gedeelte van de huur dat altijd voor eigen rekening blijft), per 1 januari 2023 € 225,54 per maand (was in 2022 € 220,68) en de ontvangen huur- of woonkostentoeslag. Let op: Voor de rekenhuur in geval van kamerbewoning ( huurprijs all-in) breng je op de huur een bedrag van €65,- in mindering voor de nutsvoorzieningen tenzij er een uitsplitsing is opgemaakt tussen huur en overige kosten in het huurcontract

|
er kan in beginsel geen bedrag op de draagkracht in mindering worden gebracht als de rekenhuur boven de maximale huurgrens ligt!
|
- bovenmatige zorg- en ziektekosten die voor de inkomensgroep 110-130% (van de toepasselijke bijstandsnorm) voor eigen rekening blijven en die ertoe leiden dat het inkomen onder de 110% van de toepasselijke bijstandsnorm daalt. Het betreft een hardheidsclausule die strikt individueel beoordeeld moet worden.
Met deze kosten kan dus enkel bij een aanvraag individuele bijzondere bijstand rekening gehouden worden. Bij bepaling van het inkomen voor een aanvraag van de GelrePas wordt enkel gekeken naar het inkomen waarover de aanvrager beschikken kan en blijven woon- en zorgkosten geheel buiten beschouwing! Voor de GelrePas geldt een inkomensgrens van 120% van de toepasselijke bijstandsnorm.
Incidentele en wisselende inkomsten
Incidentele inkomsten gelden ook als draagkracht voor zover ze betrekking hebben op de draagkrachtperiode. Dat is de periode waarover de draagkracht moet worden berekend. Sterk wisselende inkomsten dienen over een langere periode te worden gemiddeld. Ook inkomsten die de klant niet heeft, maar waar hij wel de beschikking over kan krijgen, worden als inkomsten beschouwd. Heffingskortingen die niet bij de belastingdienst zijn aangevraagd terwijl daar wel recht op bestaat moeten om die reden bijvoorbeeld als inkomen worden ingezet.
Aandachtspunten
Voor een vergelijking tussen het netto inkomen en de bijstandsnorm wordt het inkomen inclusief vakantietoelage afgezet tegen de bijstandsnorm inclusief vakantietoelage;
- voor een Wajong-uitkering geldt dat de jonggehandicaptenkorting (heffingskorting IB) wordt vrijgelaten;
- de individuele inkomenstoeslag wordt niet als inkomen aangemerkt en telt dus niet mee bij het bepalen van de draagkracht;
- bij het bezit van een eigen woning met hypotheeklasten die lager zijn dan de normhuur in de Wet op de Huurtoeslag, wordt het verschil als inkomen aangemerkt. Zie verder Draagkracht (M1.4) onderdeel draagkrachtruimte/draagkrachtpercentage.
Laatste update: 15 februari 2023